Soupe à l’iranienne

Een ouder artikel (rond 2014) dat ik opgeduikeld heb uit de archieven van een oude blog “Book Liberation Movement. Over vergeten en te vergeten boeken”.

Bron: David Stanley

Teheran. Je kan er boeken kopen die je hier zelden vindt. Je kan er langs de grachten lopen. Maar met je haar los in de wind riskeer je er evenwel opgepakt te worden door de basij, de lokale zedenpolitie. Voor een man is lang, los haar te westers. Voor een vrouw is lang en los haar laakbaar, afkeurenswaardig, schadelijk, schandelijk, boosaardig, satanisch en demonisch. En ook wel te westers. En mocht u er ooit aan getwijfeld hebben, het is de medeoorzaak van menige aardbeving. Teheraanse hoeren is trouwens een kreet die niet door de Iraanse politie bestreden wordt, maar gebezigd én aangemoedigd.

Mortsel. Wanneer de Goddelijke Voorzienigheid ook het boekje Citaten van Ayatollah Khomeiny (1979) een tweede leven aanbiedt in de kringloopwinkel Opnieuw&Co, dan betaal ik daar met plezier een kwart euro voor. Zelfs als ik in het achterhoofd hou dat het een Nederlandse vertaling is van een Franse vertaling van teksten in het Arabisch, de tweede taal van Ruhollah Mostafavi Musavi Khomeini en gepubliceerd werd in tempo suspecto. Anderzijds was 1979 het jaar waarin hij door Time Magazine verkozen werd tot man van het jaar.

De achterflap belooft een sappige, spetterende inhoud, met antwoorden op “voor Westerlingen beklemmende vragen: bijvoorbeeld wat moet men doen als een bladzijde van de Koran in het toilet gevallen is en wat moet er gebeuren met een kameel waarmee een man aan zijn gerief is gekomen”. Urine en fecaliën, zweet en snot, met zaad-en andere lozingen, in of uit welke lichaamsopening dan ook, het zijn de onderwerpen van een schier eindeloze reeks voorschriften. En het dient gezegd: de weinig jolige regelneef Khomeini weet er raad mee. Schijnbaar moeiteloos schudt hij een pedante mix van religieuze en pseudo-hygiënische regels uit zijn mouw, waarbij hij de grens tussen obsessief en pathologisch obsessief vlotjes overstijgt.

Ik ben geneigd te geloven dat fascinatie met pissen, kakken en poepen van alle tijden is. Toch lijken mij dat nu niet echt de vragen zijn geweest die het Westen bezig hield de avond na het verdrijven van hun bondgenoot sjah Mohammad Reza Pahlavi, tevens de avond voor de oorlog tussen Iran en Irak van 1980-1988.

Gelukkig gaat het boekje ook over zaken die politiek gezien iets pertinenter zijn dan wat men zoal in een papieren zakdoekje kan doen. Hier en daar toont het enig inzicht in wat de Voogdij van de Islamitische Jurist, de Vilayate Faqih, inhoudt. Helaas, er zijn weinig redenen om vrolijk te worden van Khomeini’s politieke opvattingen, die even voorspelbaar zijn als gevaarlijk en geretardeerd. En daarbij zijn ze nog eens gelardeerd met verbluffend doorzichtige en goedkope newspeak.

Een islamitische staat kan niet totalitair of despotisch zijn, maar alleen constitutioneel en democratisch. In die democratie komen wetten echter niet uit de wil van het volk voort, doch uitsluitend uit de Koran en de Soenna. […] Hierin ligt het wezenlijke onderscheid tussen een islamitische staat en de verschillende koninkrijken en republieken, waarin de gekozenen, de vertegenwoordigers van het volk of van de staat, wetten voorstellen en aannemen, terwijl in de Islam het enig bevoegde Gezag de Almachtige en Zijn goddelijke wil is.

Totalitair, despotisch, islamitisch, democratisch: wat hoort volgens dit citaat eigenlijk niet in het rijtje thuis?

Blijkbaar is de Almachtige ook niet almachtig genoeg en moet Hij het stellen met een plaatsvervanger op aarde, de Twaalfde Imam. Maar ook die vertegenwoordiger heeft een probleem: hij is namelijk spoorloos verdwenen. Weg. En net zoals God is hij nergens te vinden. Maar echt nergens. En zolang de Twaalfde, de mehdi, niet terugkomt, wordt hij afgevaardigd door de ayatollah. Die ayatollah, Khomeini dus, machtigt nu zichzelf om via “islamitische” rechtbanken doodvonnissen te kunnen uitspreken tegen mensen die al te veel problemen hebben met God, de twaalfde Imam en diens ne’ib, vertegenwoordiger, Khomeini dus. De minst almachtige van de drie wordt zo plots de meest machtige, de meest gevaarlijke, en door huizenhoge portretten én paramilitaire bendes van hyperreligieuze baardapen zoals de basiji, de echte alomtegenwoordige. Nog een verschil: van de drie is (of was) hij de meest bestaande.

Politiek-religieus lijkt er weinig te zijn veranderd in het huidige Iran van Khamenei, op een letter of wat na. Hoewel, waar Khomeini nog stelde dat het leger “van een geestelijke moet afhankelijk zijn, wil het slagvaardig en nuttig zijn”, leek op het hoogtepunt van president Ahmadinejads macht even alsof de militaire fractie de geestelijke in zijn greep had of toch minstens een poging daartoe deed.

Op het gebied van de haat jegens Israël in de eerste plaats, jegens alle niet-moslims in de tweede en laatste plaats lijkt er au fond ook niet veel te zijn veranderd. Er zijn nog steeds imperialisten, verraderlijke en tirannieke heersers, vermaledijde gezanten van Satan, westerse missionarissen, christenen of atheïsten, oriëntalisten, Ba’ath ideologen (waarschijnlijk alleen de Iraakse†, niet de Syrische!). Verder nog afvalligen, autocraten, coloradokevers, ectoplasma’s, en … euh, nee, toch niet, da’s kapitein Haddock. Hoe dan ook, Khomeini’s waanideeën, samenzweringstheorieën en de scheldkanonnades zijn nog steeds courant in het alledaagse, of beter gezegd, in het vrijdagse parlando.

Maar toch wordt de ashe jow ook nu weer niet zo heet gegeten als-ie werd opgediend. Zelfs het rabiate antizionisme heeft een deukje gekregen, getuige de berichten van mei 2012 over de samenwerking tussen Turkse, Iraanse, Arabisch en Israëlische wetenschappers met betrekking tot een deeltjesversneller in Jordanië. Het zou domweg naïef zijn om dit nieuws te beschouwen als het bewijs dat de Wetenschap slaagt waar de politiek faalt, maar het gaat wel in tegen Khomeini’s idee dat samenwerking met zionisten absoluut uitgesloten is. En dat is op zich al een kort, zeer kort vreugdedansje waard.

Verder was het volgens Alt Med-Khomeini bewezen dat de westerse dokters “op het gebied van de beenderleer volstrekt onwetend zijn, terwijl er in de bazaars van Iran met succes operaties werden uitgevoerd”. Want, zoals we allemaal weten, was en is een overdekte markt de plaats bij uitstek om vorderingen in de theoretische beenderleer te vertalen naar de praktijk. Ouwe zot. Ook aan de sneer van de ayatollah naar de Europese geneeskunde, die de vorige “leiders zo bekoord heeft dat ze onze overgeërfde geneeskunst hebben vergeten”, is weinig gehoor gegeven. De Iraanse medische diensten, zeker in de stedelijke gebieden, en de universitaire faculteiten zijn van een zeer hoog niveau.

Naar de wetenschap “en haar wetten” ging eveneens weinig sympathie vanwege onze bebaarde vriend uit:

Wij hebben er niets op tegen dat er mensen over de maan lopen en dat er kerncentrales worden gebouwd. Maar ook wij hebben een opdracht: wij moeten de Islam dienen…

… en ondertussen ook kerncentrales bouwen en ruimteprogramma’s ontwikkelen, moet men gedacht hebben in post-Khomeinitijden. Laat er geen misverstand over bestaan: hedendaags Iran is op wetenschappelijk-technologisch gebied een zéér grote speler. De opvolgers van Khomeini hebben ook dit deel van de voorschriften onder het Perzisch carpet geschoffeld.

Als uitsmijter nog enkele uitspraken met betrekking tot filosofie. Van iemand die de Westerse denken ideeënwereld zo hard bekritiseert en fel bevecht, zou men toch een ietsje meer feitelijke kennis verwachten over die denk- en ideeënwereld. Pythagoras’ voorliefde voor wiskunde vat hij, maar wat de opperhadj ook beweert, de oude Griek leefde niet in de tijd van de legendarische(?) koning Salomon (conventioneel rond 950 v.o.t.).

Ook Khomeini’s uitleg over Socrates is aan de eerder bizarre kant:

Groot theoloog. Hij leerde filosofie van Pythagoras en legde zich geheel op theologie en ethiek. Hij gaf aardse genoegens op en trok zich terug in een berggrot, waar hij zich geheel aan de enige God wijdde. Hij trachtte zijn tijdgenoten ervan te overtuigen dat ze geen andere goden moesten aanbidden dan de ware God. Naar aanleiding van die woorden drong het volk er bij de Sultan (Koning) op aan Socrates ter dood te brengen. De Sultan werd hiertoe gedwongen en vergiftigde hem…

Theologie? De grot van Socrates? De immer discussiërende stadsmus Socrates in de bergen, ver weg van zijn kwetterende medeburgers? Nah, hiermee gaat de brave borst op een doorsnee examen geschiedenis van de Westerse wijsbegeerte teleurstellend weinig punten scoren, me dunkt.

Ook zijn ideeën over Aristoteles en Descartes lijken mij eerder troebel en beneveld dan klaar en distinct:

Avicenna heeft gezegd dat niemand ooit de stellingen van Aristoteles heeft kunnen weerleggen, maar de Fransman Descartes meende later dat hij er de gebreken in had ontdekt. Deskundigen kunnen echter gemakkelijk inzien hoe ongegrond en kinderlijk de pretenties van Descartes op het gebied van filosofie en theologie zijn! Wee ons, moslims, die zo door het Westen zijn verblind, dat wij een lage dunk hebben van onze eigen wetenschap, waaraan die westerlingen in geen duizend jaar zullen toekomen!

Citaten van Ayatollah Khomeiny. Over politieke, levensbeschouwelijke, sociale en godsdienstige vragen. Keuze citaten, inleiding en noten Jean-Marie Xavière. Prisma, 1979.

Shares